Speeksel wordt door de taoïsten gezien als een drager van energie. Vanzelfsprekend proberen ze het te vullen met goede energie en dan slikken ze het als een ‘medicijn’ door. Als speeksel geladen is met ‘slechte energie’ (bijvoorbeeld als iemand verkouden is), dan spugen ze het uit – wat wij westerse mensen altijd wat onfatsoenlijk vinden. Speeksel wordt niet vanzelf geladen met goede energie. Ook niet als de buik warm is. Maar door te werken met schoongemaakte seksuele energie kun je zeer goed geladen speeksel krijgen. Dan wordt zelfs gesproken over ‘nectar’. De warme buik (het eerste vuur) heeft niets met het schoonmaken te maken. Het ‘plakselvrij’ of ‘schoonmaken’ van de seksuele energie, die via opwinding uit de eierstokken is gehaald, kan alleen via het Mingmen-vuur, oftewel: het tweede vuur. Dat zit tussen de derde en tweede lendenwervel in. Dit tweede vuur ontbrandt als je je veilig voelt (vandaar dat het privé oefenen met het huiswerk zo belangrijk is). Het eerste vuur is meer verbonden met je levenskracht in algemene zin. Het speeksel ‘laden’ met ‘medicijn’ doe je als volgt: je verzamelt eerst het speeksel dat al in je mond zit en dat slik je achteloos door. Vervolgens ga je vers speeksel maken. Dat doe je door stevig met de tanden en kiezen op elkaar te klemmen (drie keer is gebruikelijk) en ook je tong stevig tegen het verhemelte aan te drukken (ook hier is drie keer gebruikelijk). Dan zet je het puntje van de tong zachtjes tegen het verhemelte, net achter de boventanden. Er komt dan een speekselvloed op gang. Als je erin geslaagd bent om je orgastische energie omhoog te pompen en enige tijd te laten spiralen in de hersenen, vloeit er ‘medicijn’ in dat speeksel. Dat slik je vervolgens krachtig door. Zodra je doorgeslikt hebt, laat je het speeksel zelf gewoon gaan. Maar met je I-kracht begeleid je het ‘medicijn’ naar beneden. Speeksel ‘laden’ doe je dus door ‘medicijn’ te maken en het via de tong en het verhemelte te laten samenkomen.